DNB: stapsgewijze invoering UFR-parameters, nog geen overstap op €ster

DNB heeft aangekondigd om het advies van de commissie Dijsselbloem uit 2019 voor de UFR geleidelijk te implementeren vanaf 1 januari 2021. De nieuwe UFR-parameters worden dan in vier gelijke stappen ingevoerd. Het drukkend effect op de dekkingsgraden van pensioenfondsen zal dus de komende jaren geleidelijk optreden. 

De UFR-parameters bepalen hoe pensioenfondsen hun verplichtingen met zeer lange looptijden moeten waarderen. In het huidige financieel toetsingskader heeft deze aanpassing een grote invloed op de financiële positie van pensioenfondsen. In het nieuwe contract, waarvoor nu wetgeving wordt opgesteld, spelen dekkingsgraden geen rol meer. Er wordt nog niet overgestapt op de nieuwe rentebenchmark €ster. Dit zou een verder drukkend effect op dekkingsgraden hebben gehad. DNB zal de rentetermijnstructuur de komende jaren blijven baseren op renteswaps met 6-maands EURIBOR als onderliggende rentebenchmark. Volgens DNB is de markt voor €ster-renteswaps op dit moment onvoldoende liquide om de rentetermijnstructuur op te baseren. 

Het effect van de overgang naar de nieuwe UFR, zoals voorgesteld door de Commissie Parameters 2019, op de dekkingsgraad van een gemiddeld fonds bedraagt ongeveer -6%-punt. Het effect is afhankelijk van de actuele rente en de looptijd van de verplichtingen. De inschatting van individuele fondsen varieert tussen -4% voor een grijs fonds en -10% voor een groen fonds.

Bron: DNB / Pensioenfederatie