Kabinet wil koopkrachtverlies compenseren en werkt aan toekomstbestendig pensioenstelsel

De eenmalige 17,2 miljard euro in 2023 en 4,9 miljard euro structureel voor koopkrachtreparatie staan centraal op deze Prinsjesdag 2022. De uitzonderlijk hoge inflatie waardoor veel Nederlanders financieel in de knel (dreigen te) komen, leidde tot deze uitzonderlijke maatregelen. Deze maatregelen hebben ook effect op langere termijn. Zo gaat het minimumloon in 2023 met 10% omhoog en stijgen de AOW en arbeidsgerelateerde uitkeringen mee. Een maatregel waar werkenden en gepensioneerden baat bij hebben.

Het nieuwe pensioenstelsel is onderdeel van de begroting van het ministerie van SZW. Het kabinet werkt aan een nieuw pensioenstelsel dat klaar is voor de toekomst en beter past bij een arbeidsmarkt waarin de meeste mensen tijdens hun leven meerdere werkgevers hebben. In het nieuwe stelsel is er eerder perspectief op indexatie en krijgen mensen beter zicht op de opgebouwde pensioenpot. De Wet toekomst pensioenen wordt momenteel behandeld in de Tweede Kamer. De Pensioenfederatie hecht belang aan een zorgvuldige behandeling, die leidt tot een goed uitvoerbaar en uitlegbaar pensioenstelsel en hoopt dat deze voor het eind van het jaar kan worden afgerond. 

Pensioenopbouw zelfstandigen blijft een vraagstuk
Het kabinet vindt dat een vaste baan de norm moet zijn en werkt daarom aan een nieuwe balans tussen vaste en flexibele contracten. Hiermee wordt invulling gegeven aan de aanbevelingen van de commissie Borstlap en het is zaak te volgen wat dit voor pensioenopbouw van zelfstandigen betekent. Zo is er de maatregel om pensioenopbouw door zelfstandigen te stimuleren door de fiscale ruimte voor pensioensparen voor werknemers en zelfstandigen zoveel mogelijk gelijk te trekken. De vraag is of deze maatregel daadwerkelijk effect gaat hebben en de Pensioenfederatie blijft hierover graag in gesprek met alle betrokkenen. Positief is dat de periode waarin uitzendkrachten geen pensioen opbouwen wordt verkort van 26 tot 8 weken. Hiermee wordt voorkomen dat werkenden met opeenvolgende korte dienstverbanden geen pensioen opbouwen.

Klimaat: publiek-private samenwerking biedt kansen
Het kabinet trekt in 2023 35 miljard euro uit voor klimaat. De actieplannen die de financiële sector dit jaar publiceert, hebben als doel het klimaatakkoord te ondersteunen. Deze 35 miljard euro in het klimaatfonds is niet genoeg om alle transitiekosten te financieren in Nederland. Samenwerking tussen de overheid en de financiële sector is hard nodig voor het mutiplier-effect. In hun beleggingsbeleid kunnen pensioenfondsen positief bijdragen aan de energietransitie. De recente ontwikkelingen benadrukken de noodzaak om minder afhankelijk te worden van fossiele brandstoffen, afkomstig uit andere landen en uit het Groningerveld. Zoals recent werd besproken met minister Jetten en minister Kaag biedt publiek-private samenwerking de beste uitgangspunten hiervoor. Afgesproken is om experts uit de sector en van de ministeries te kijken naar de mogelijkheden en behoeftes. Belangrijk is dan wel dat duidelijk is langs welke lijnen deze omslag van fossiel naar duurzaam op lange termijn gaat verlopen.

Ontwikkelingen op groene kapitaalmarkt
De minister van Financiën zal op Europees niveau werken aan een betere integratie van duurzaamheidsrisico’s in de Europese raamwerken voor pensioenfondsen (IORP II) en gaat groene obligaties uitgeven en om de groene kapitaalmarkt te bevorderen. Het gaat om investeringen en projecten op het terrein van hernieuwbare energie (waterstofbackbone, SDE-regeling), duurzaam vervoer (uitgaven en investeringen in onder andere hoogfrequentspoor), klimaatadaptatie (Deltafonds) en duurzaam watermanagement.

Bron: Pensioenfederatie