URM-2 voor scenarioberekeningen gepubliceerd

In april 2018 is een ministeriële regeling gepubliceerd met de uniforme rekenmethodiek die gebruikt moet worden voor het berekenen van de scenario’s van het te bereiken pensioen. Deze scenario’s moeten worden getoond op Mijnpensioenoverzicht.nl vanaf 30-9-2019 en op het UPO dat in 2020 wordt verstuurd. In de regeling van april zijn twee methoden omschreven: de generieke methode en rekenmethode 1.

Op 13 november is een aanvullende ministeriële regeling gepubliceerd met rekenmethode 2. Deze methodiek is met name geschikt voor pensioenfondsen met een uitkeringsovereenkomst.  

Het tonen van verschillende uitkomsten van het pensioen met behulp van scenariobedragen helpt om de risico’s individueel inzichtelijk en voor de deelnemer relevant te maken. De Pensioenwet (en Wet verplichte beroepspensioenregeling) schrijft daarom voor dat pensioenuitvoerders de indicatie van het pensioen voor de deelnemer inzichtelijk maken in drie pensioenbedragen, gebaseerd op een optimistisch, verwacht en pessimistisch scenario. Deze rekenmethodieken zijn zowel van belang voor de communicatie van pensioenuitvoerders als voor de vaststelling van de risicohouding bij premieovereenkomsten, premieregelingen en variabele uitkeringen. De scenariobedragen houden niet alleen rekening met de door de pensioenuitvoerder toekomstig te verlenen toeslagen en eventuele kortingen maar ook met de toekomstige inflatie in de scenario’s.

De generieke rekenmethode is een rekenmethode voor alle soorten pensioenovereenkomsten. De pensioenuitvoerder kiest de rekenmethode die passend is gegeven de kenmerken van de pensioenuitvoerder en de pensioenregelingen die worden uitgevoerd.

Bron: ministerie van SZW / DNB