Aangenomen moties over pensioenverlagingen en negatieve rente

De Tweede Kamer heeft op dinsdag 10 september een viertal moties aangenomen die aanvullend pensioen raken:

  1. Een motie van het lid Slootweg (CDA) c.s. waarin wordt opgeroepen om een onderzoek te doen naar de effecten van de negatieve rente: 'constaterende dat een pensioenfonds in het huidige financieel toetsingskader meer dan 105 euro in kas moet hebben om over 10 jaar een nominale uitkering van 100 euro te mogen doen, van mening dat negatieve renten ongewenste effecten hebben op de economie, op onder andere de huizenmarkt en het pensioenstelsel, verzoekt de regering:
    - te onderzoeken of een kapitaal gedekt pensioenstelsel houdbaar is als de rentecurve (tot tien jaar) langere tijd op nul procent of daaronder ligt,
    - een advies te vragen aan onafhankelijke experts, bijvoorbeeld CPB/DNB om te bezien hoe pensioenen gefinancierd moeten worden bij een negatieve rente of bij 0% rente en wat dat voor het toezicht betekent.'

  2. Een motie van het lid Van Brenk (50PLUS) waarin de regering wordt verzocht om met het Centraal Planbureau te overleggen over de mogelijkheid van een tijdige Kansrijk-publicatie voor het thema pensioenen, inclusief meerdere omslag en hybride stelselopties.

  3. Een motie van de leden Smeulders (GroenLinks), Van Dijk (PvdA) en Stoffer (SGP) waarin zij constateren dat er een ongekende economische situatie met lage en mogelijk zelfs negatieve rentes is en dat in het pensioenakkoord is afgesproken dat er eerder perspectief komt op een geïndexeerd pensioen. Zij verzoeken de regering onnodige pensioenkortingen te voorkomen en hiervoor zo snel mogelijk handelingsperspectieven te ontwikkelen waarbij de houdbaarheid van het stelsel op de korte en de lange termijn in ogenschouw wordt genomen en dit in ieder geval voor de begrotingsbehandeling SZW naar de Kamer te sturen.

  4. Ook is een motie van het lid Omtzigt (CDA) over de negatieve rentes aangenomen. Die motie vertolkt een wens van de Kamer dat onder meer de ECB voldoende oog moet hebben voor de positie van pensioenfondsen: 'constaterende dat er plannen liggen voor tiering van rentes, waardoor banken effectief een hogere – lees: minder negatieve – rente krijgen wanneer zij geld stallen bij de ECB, maar dat deze plannen niet voorzien in deze mogelijkheid voor pensioenfondsen en pensioenverzekeraars; spreekt uit dat er onder neutraal monetair beleid geen verschil mag zijn in compensatie van mensen die via een bankrekening voor een pensioen sparen en mensen die via een pensioenfonds sparen voor hun pensioen.'.

De Pensioenfederatie hecht er waarde aan om in overleg te treden met minister Koolmees over de bijzondere omstandigheden die de financiële positie van pensioenfondsen stevig onder druk zetten. De minister heeft dit overleg op korte termijn toegezegd aan de Kamer.

Bron: Tweede Kamer / Pensioenfederatie