Derivaten spelen een belangrijke rol bij de beleggingsstrategie van pensioenfondsen. Pensioenfondsen mogen deze gebruiken om risico’s af te dekken, met name het renterisico door middel van rentederivaten, maar ook valutarisico. Voor de bescherming van de Nederlandse pensioenen zijn ze belangrijk en effectief gebleken.
Gezien de rol die andere types derivaten (vooral credit default swaps) hebben gespeeld tijdens de financiële crisis van 2008, moeten meer en meer derivatentransacties nu via een centrale tegenpartij ('central clearing') lopen om zo de markt overzichtelijk te maken. Op Europees niveau vormt de EMIR-Verordening de basis van deze regels.
Pensioenfondsen zijn momenteel tijdelijk uitgezonderd van de verplichting om OTC-derivaattransacties centraal af te wikkelen via een clearinghuis. Het centraal afwikkelen van dergelijke transacties, waarbij cash in plaats van staatsobligaties moeten worden gestort als onderpand, leidt namelijk tot hogere kosten en grotere liquiditeitsrisico’s voor pensioenfondsen. De vrijstelling geldt tot en met de zomer van 2021 en kan daarna nog twee keer met een jaar verlengd worden.
Die tijd dient gebruikt te worden om ervoor te zorgen dat er een oplossing komt voor de liquiditeitsrisico’s van cash onderpand. De Europese Commissie heeft hiervoor een werkgroep in het leven geroepen, waar ook Nederlandse pensioenuitvoerders aan deelnemen.
Ook de kapitaaleisen van banken vormen onderdeel van deze problematiek, aangezien hoge eisen voor het voor banken 'te duur' kan maken om bepaalde typen derivaten aan te bieden. De Europese regels hiervoor ('CRD' en 'CRR') zijn in 2019 nog herzien, maar er liggen nog meer aanpassingen in het verschiet.
Inzet Pensioenfederatie
De Pensioenfederatie is tevreden met de vrijstelling, maar erkent tegelijkertijd dat dit slechts een tijdelijke oplossing is. Een belangrijke voorwaarde voor een structurele oplossing is dat deze te allen tijde betrouwbaar moet zijn en niet in een crisissituatie toch dwingt om effecten te gaan verkopen tegen lage prijzen ('fire sale').
Wij pleiten er ook voor dat de bankkapitaaleisen bilaterale derivaten met pensioenfondsen niet disproportioneel duur maken voor banken, zolang de vrijstelling nog geldt. Anders droogt deze markt op en moeten pensioenfondsen toch centraal clearen, met hogere kosten en liquiditeitsrisico’s van dien.